/

Interview

Interview met initiatiefneemster Erna Neuteboom, november 2012

leestijd 17 min.
Hart voor Kinderen
01-11-2012 00:00
‘Ontroerend dat die kinderen nu eindelijk gezien worden en dat er van ze gehouden wordt’
 
Ruim elf uur vliegen en dan stap je in een wereld die in niets lijkt op het vertrouwde Nederland. Zuid-Afrika is een prachtig, veelzijdig en vaak zonovergoten land. Een land met een keerzijde.  Miljoenen mensen leven nog altijd ver onder de armoedegrens. Vooral kinderen zijn hier het slachtoffer van en dat raakt Erna Neuteboom diep. Ze startte in 2008 Stichting Hart voor Kinderen. Op deze manier wil ze zoveel mogelijk kinderen zonder ouders die voor ze kunnen zorgen, een thuis, zelfvertrouwen, veiligheid, liefde en een toekomst bieden.  Nu, een aantal jaren later - in het najaar van 2012 - zette zij samen met haar echtgenoot Louis opnieuw voet op Zuid-Afrikaanse bodem. Om lopende hulpprojecten zoals de pleeggezinnen en nieuwe projecten te bezoeken. Want hoewel de economische situatie stapvoets beter wordt, blijft de nood in de sloppenwijken van Zuid-Afrika schrijnend groot…


Erna: ‘Toen we net aankwamen op het vliegveld was het al wat later in de avond en donker. We zouden met een huurauto naar onze plaats van bestemming gaan maar die auto bleek onvindbaar. Louis zocht naar het juiste verhuurbedrijf terwijl ik een rondje over de parkeerplaats liep. Vrijwel direct kwam er een klein jongetje van een jaar of zeven naar me toegelopen die bleef wrijven over zijn buikje. Hij had honger. Ik had geen contant geld of eten bij me en kon hem alleen wat chocola geven. Oef, dan weet je gelijk weer waarom je er bent. Want wat doet een klein kind daar op dat tijdstip alleen op straat? Hartverscheurend. Het verschil tussen arm en rijk blijft groot. In economisch opzicht is het land vooruit gegaan, maar dat geldt niet voor iedereen. De sloppenwijken worden groter. Redenen zijn het gebrek aan opleiding en de hoge werkeloosheid, waardoor de gezinnen geen geld hebben om weg te trekken uit de sloppenwijken. Er verhuizen steeds meer gezinnen van het platteland naar de grote steden waar werkeloosheid hen wacht  en ook zij komen terecht in de sloppenwijken. Afrikanen uit omliggende landen trekken op zoek naar werk ook naar het Zuiden en komen vervolgens in dezelfde sloppenwijken terecht. Zuid-Afrikanen zijn boos omdat de weinige banen die er zijn op deze manier ook nog eens worden ingepikt. De situatie is daarom daar heel onrustig. De wanhoop is groot. Dat zie je ook aan het drank en drugsgebruik.

Hoe was het om weer door de sloppenwijken te lopen?
Erna: ‘Ik ben wel wat gewend maar elke keer als ik daar weer loop denk ik bij mezelf ‘dit kan niet waar zijn!’ Ik wil dan heel graag dat iedereen dit zou kunnen meemaken en zien hoe heftig het is. Ik heb gewoon geen woorden om de levensomstandigheden van de mensen daar te omschrijven. Ik probeer ook heel bewust mij zelf in hen te verplaatsen, te bedenken hoe ik zo dag in dag uit in die omstandigheden zou leven met kinderen. Dat is onvoorstelbaar als je je alleen al bedenkt dat er toiletblokken zijn waar tien gezinnen één toilet moeten delen. Ik heb geen woorden genoeg om de impact uit te leggen van de lucht, de herrie, de hitte of het afval dat door de straatjes stroomt als het regent en waar de kinderen veelal met blote voeten door heen springen en spelen. Dit is dan nog wat we kunnen zien en ruiken als je daar bent maar als je je dan ook nog bedenkt dat er dan zoveel geweld plaatsvindt en zoveel verkrachtingen.
Men gelooft vaak nog echt dat als je de ziekte AIDS hebt, je beter kunt worden door seks te hebben met een maagd. Kleine meisjes zijn daar dan vaak het slachtoffer van. Ook als kinderen hun ouders zijn verloren aan die ziekte en door familieleden worden opgevangen dan betalen de kinderen voor die opvang vaak ‘in natura’.
Het was fijn om te zien wat Hart voor Kinderen dankzij haar donateurs al heeft kunnen betekenen. Als er dan te midden of aan de rand van de golfplaten hutjes zo’n stenen huis staat, of zoals in Humansdorp sinds onze laatste actie nu drie nieuwe huizen staan, is dat een soort oase. Zo’n huis biedt echt een veilige situatie voor de kinderen die daar wonen. Er staat een hek om heen en het heeft vaak een klein tuintje waar een speeltoestel staat. De mensen in de sloppenwijken accepteren zo’n huis ook. De meesten weten wel dat het om kinderen gaat waarvan de ouders niet meer voor ze kunnen zorgen. Zo’n stenen huis is iets waar veel mensen in de sloppenwijken alleen maar van dromen.

Zou je er niet hopeloos van worden?
Tijdens zo’n reis zie je een hele hoop in korte tijd. En dan sta je daar, in de zoveelste sloppenwijk…De ellende is té groot, de mensen zijn met teveel. Al die duizenden en duizenden mensen die in zo’n situatie zitten. Dat komt ontzettend op je af. Ik ben zelf moeder en als ik me bedenk dat mijn kind in zo’n situatie zou moeten leven; dat is eigenlijk onvoorstelbaar en ook ondenkbaar. Maar als ik dan de kinderen zie die nu opgevangen worden dan weet ik er is hoop. Er is verandering mogelijk.

Zijn er nieuwe projecten waar Hart voor Kinderen iets voor zou kunnen betekenen?
Erna: ‘Ja, die projecten zijn er in overvloed, maar we kijken natuurlijk wel naar projecten die aansluiten bij de visie van Hart voor Kinderen. Eén van die projecten vonden we  in Port Shepstone. Daar worden ook kinderen in gezinssituaties ondergebracht. Vijftig van de 52 kinderen die daar opgevangen worden zijn HIV geïnfecteerd. Die organisatie daar doet dit werk nu 11 jaar en inmiddels zijn ze zo in deze ziekte gespecialiseerd dat er nu sinds anderhalf jaar geen kinderen meer zijn overleden. Geweldig vinden we dat. Maar dat is ook wel eens anders geweest. Op het kantoor daar hangen allemaal foto’s van kinderen. Dat is een indrukwekkend gezicht van allemaal vrolijke en lachende gezichtjes… maar het wordt pas echt heel indrukwekkend als je wat dichterbij komt en ziet dat er allemaal kruisjes bij die foto’s staan en dat die kinderen overleden zijn... Het ontroerende vond ik dat deze kinderen ‘een gezicht’ hebben gekregen. Ze zijn bekend en er is van hen gehouden.  
Een verhaal dat men ons vertelde is dat in het nabijgelegen ziekenhuis de kleinste kinderen die ziek waren en geen ouders hadden niet eens bekeken werden. Niemand zou ze missen en ze konden daarom maar beter sterven. Kun je je zoiets voorstellen? Kijk, dat maakt me zo verdrietig. Dit is nu maar één project dat ik nu noem maar naast dit project in Port Shepstone kan ik nog heel wat projecten noemen in Zuid-Afrika, Lesotho en Swaziland, waar we ook zijn geweest. Stuk voor stuk zo ongelooflijk waardevol voor kinderen die zonder die zorg misschien al lang overleden zouden zijn.

Sinds de start van Hart voor Kinderen heb je het ontzettend druk gekregen. Hoe houd je dat vol en hoe houd je je motivatie vast?
Ik hou van kinderen. Ik ben zelf meer dan 12 jaar een alleenstaande moeder geweest en heb daardoor in moeilijke situaties gezeten, ook financieel. Ik voelde me zeer kwetsbaar vooral in de zorg voor mijn kinderen. Ik heb mezelf voorgenomen dat nooit te vergeten, te blijven voelen en me steeds weer te realiseren dat er maar een heel klein gedeelte van de wereld is dat het goed heeft. Maar dat het merendeel van de bevolking ernstig onder de armoedegrens leeft. Ik geloof dat moeders of ouders overal ter wereld het beste willen voor hun kinderen en dat je zou willen, dat als jij als ouder niet meer kan zorgen voor je kind er een ander zal zijn die van jouw kind wil houden alsof het haar eigen kind is. Dat kan door allerlei omstandigheden zijn, bijvoorbeeld als iemand aan AIDS lijdt of getroffen is door de aardbeving in Haïti. Het is dan fijn te weten dat er iemand die voor jou de verantwoordelijkheid en de dagelijkse zorg overneemt van jouw kind. Dat al mijn omstandigheden me hebben gebracht tot waar ik nu ben, is een groot wonder eigenlijk. En ik krijg soms nieuwe moed door de kleinste dingen; een mooi berichtje uit Zuid-Afrika of Haïti of een lief mailtje van een donateur of een gift. Dat bemoedigt me en dan denk ik ook ‘we gaan door!’ Doordat ik ooit een aantal jaren in Zuid-Afrika had gewoond had ik wel een droom om ooit iets voor de kinderen daar te kunnen doen. De levenssituatie van kinderen daar heeft me nooit losgelaten. Mijn droom voor de kinderen in Zuid-Afrika nu zoveel jaren later is dankzij onze donateurs uitgekomen.

En natuurlijk spelen de pleegmoeders en ouders die ik ontmoet heb een belangrijke rol. Ze kiezen om opnieuw te beginnen met het opvoeden van kinderen, en dan kinderen die vrijwel allemaal getraumatiseerd zijn. Kinderen die vaak ziek zijn (één van onze kinderen heeft kanker en is ook nog eens HIV geïnfecteerd). Ik heb de medicijnen geproefd die dat kleintje elke dag moet slikken...Afschuwelijk en elke dag weer een strijd om het naar binnen te krijgen. Die medicijnen mogen niet gemengd worden met iets zoets. Als pleegmoeder je daarvoor inzetten en van deze kinderen houden en ze verzorgen, dat vind ik écht bijzonder.

Ben je tevreden over hoe het met Hart voor Kinderen gaat?
Erna: ‘ja hoor, we zijn blij en dankbaar met iedere vorm van hulp die we kunnen geven. Maar toen we samen terugkwamen van onze werkreis dachten mijn man en ik wel even: waren we maar miljonair. Wat zouden we dan graag de hulpprojecten die we gevonden hebben en die dringend onze steun nodig hebben, willen voorzien in hun nood…Hen zo even kunnen bellen en zeggen ‘er is hulp onderweg’…De miljoenen zijn er nog niet maar beetje bij beetje komen we een heel eind. Ik heb er alle vertrouwen in dat er zich steeds weer nieuwe donateurs zullen aanmelden en dat ons werk kan blijven bestaan.
Belangrijk dat meer mensen dit horen?

Actueel nieuws

Help mee

Doneer direct

15,-

Hart voor Kinderen

Postadres:
Postbus 160
1250 AD Laren

Bezoekadres:
Johannes Geradtsweg 24b
1222 PT Hilversum

Statutair adres:
Stadhouderslaan 52
3761 EM Soest

Telefoon: 035 - 772 11 04

Giften: NL 41 INGB 000 000 4520
(BIC: INGBNL2A)
 
KvK: 32136226
ANBI RSIN: 8195 25 339
© 2024 Hartvoorkinderen - Disclaimer / Privacyverklaring - Sitemap